De lockdown van winkels heeft voor een recordkrimp van de omzet van winkels in non-food gezorgd.

In januari daalde de omzet van non-food-winkels met gemiddeld 38 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.

Kledingwinkels en schoenenwinkels zagen hun omzet met maar liefst 50 procent slinken.

Winkeliers in de non-foodsector hebben in januari te maken gehad met de sterkste neergang van hun omzet in zeker 16 jaar.

Ze verkochten in de eerste volle maand waarin de harde lockdown van kracht was bijna 38 procent minder dan een jaar eerder, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Het gaat om de sterkste daling sinds het statistiekbureau deze cijfers in 2005 begon bij te houden.

Binnen de nood-foodsector zijn er verschillen. Kledingwinkels en winkels in schoenen en lederwaren zagen hun omzet met meer dan 50 procent krimpen. De verkopen van winkels in recreatie-artikelen, meubels, woninginrichting en elektronica slonk met een derde tot de helft.

De grafiek hieronder toont de omzetverandering van verschillende soorten winkels ten opzichte van een jaar eerder.

Half december besloot het kabinet, met het oog op de rap toenemende aantallen coronabesmettingen, dat alle niet essentieel geachte winkels moesten sluiten. Voor veel bedrijven werd het online kanaal de enige mogelijkheid om nog omzet te behalen in januari.

Deze week kondigde premier Mark Rutte een versoepeling aan, waarbij klanten op afspraak een winkel kunnen bezoeken, maar de detailhandel reageerde veelal teleurgesteld op deze handreiking.

Drogisterijen en winkels in voedings- en genotmiddelen die open mochten blijven, hebben respectievelijk 4 procent en 8,6 meer omgezet dan in januari 2020. Supermarkten 9,7 procent. De omzet van speciaalzaken bleef gelijk ten opzichte van vorig jaar.

Lees meer over retail: